II-V-I
In muziek hoor je regelmatig de term 251 voorbij komen.
Dat komt omdat het een veel voorkomende akkoordprogressie is, een reeks akkoorden achter elkaar.
Je hebt Majeur II-V-I en mineur II-V-I. Wij houden ons nu slechts bezig met Majeur,
zoals in de voorgaande opdrachten. Zo houden we het enigszins overzichtelijk.
In trappen & akkoorden hebben we alle akkoorden uit een toonsoort behandeld.
Hiermee kunnen we binnen een toonsoort verschillende spanningen en emoties opzoeken.
II-V-I betekent eigenlijk 2de trap-5de trap-1ste trap, vandaar de Romeinse cijfers.
Het idee hierachter is middels opbouwende spanning op te lossen naar de eerste trap (I):
- II: beetje spanning
- V: veel spanning
- I: ontspanning
Deze progressie komt zoveel voor, dat musici deze beweging tot in de puntjes wille beheersen en
oneindig doorstuderen, ongeacht hun niveau. Uiteraard zijn er meer akkoordprogressies mogelijk,
dit zien we bijvoorbeeld in akkoordenschema’s, maar als je de II-V-I oefent, beslaat dit gelijk
een groot deel van de akkoorden die ook nog eens veel voorkomen. Erg efficiƫnt dus!
Een II-V-I in C-Majeur ziet er bijvoorbeeld zo uit:
Opdracht
Schrijf in iedere toonsoort de II-V-I progressie uit, zoals het voorbeeld hierboven, met behulp
van de kwintencirkel.
Heb je dit gedaan, kunnen we in de les beginnen met de power van II-V-I!